Bezinning in de energietransitie

Op het moment van schrijven staat de beleidskant van de energietransitie vanwege het coronavirus verplicht op pauze. Even geen stuurgroepbijeenkomsten, regionale energiestrategieoverleggen, inspraakavonden en lokale consultaties. Kortom, polderpauze.

Bezinning

Deze noodgedwongen pauze biedt ruimte voor bezinning. Waar staan we? Doen we de goede dingen? En doen we de dingen goed en zorgvuldig, of wellicht te gehaast?

Soms helpt het om even uit te zoomen en zo het grotere plaatje te zien. De Regionale Energiestrategie (RES: met uitgewerkte regionale structuur warmte (RSW)) maakt duidelijk hoe de regio’s gezamenlijk bijdragen aan de doelen van het klimaatakkoord. De concepten, die uiterlijk juni 2020 aan het Nationaal Programma RES worden aangeboden, geven hier het eerste inzicht in.

De gemeentelijke Transitievisie Warmte (TVW) geeft aan of, en in welke gebieden, er voor 2030 gestart wordt met het aardgasvrij maken en welke alternatieve warmteoplossingen beoogd worden. De TVW  en de RES zijn nauw met elkaar verbonden. Gezamenlijk hebben ze de besluitvorming over onze nieuwe energievoorzieningen als doel, op regionaal en lokaal niveau. Deze zijn wederzijds afhankelijk, doordat warmtebronnen beperkte capaciteit hebben en ruimtelijke impact van energieopwek vaak gemeentegrenzen overschrijdt. Via een aantal iteraties (concept; 1.0; 2.0) vullen ze elkaar aan, totdat er uitgewerkte beelden van onze nieuwe energievoorzieningen in de regio’s en de gemeenten ontstaan. Dit iteratieve proces faciliteert en limiteert uiteindelijk de keuze voor een warmteoplossing per Uitvoeringsplan van de gemeente.

De lastige keuzes komen nog

Het is duidelijk dat keuzes in regionale setting voor energieopwek,  warmteproductie en -distributie nog een lastig proces gaan worden. Daarin moeten we met elkaar alert zijn op twee reflexen die duiden op een sterke redenering vanuit lokaal belang:

  • Not in my backyard; “laat ze maar ergens anders die windmolens/zonnevelden neerzetten”;
  • Geef ons die warmte(bron): “wij hebben die echt harder nodig dan zij”.

Beiden zijn begrijpelijk. Ze vinden plaats in de interacties tussen gemeenten in een RES regio en tussen RES regio’s onderling. Deze reflexen zijn ook problematisch en lang niet altijd goed onderbouwd. In ons dichtbevolkte land is te weinig ruimte om jaarlijks 35 TWh op te wekken zonder ergens de ruimtelijke effecten hiervan te merken. Ook over onze backyard  gaan we compromissen sluiten, dus laten we die vooral benoemen. Daarnaast zijn toegankelijke warmtebronnen beperkt en moeten die zo efficiënt mogelijk ingezet worden. Grotere afstand van de bron tot de levering betekent hogere investeringskosten voor distributie en een lager energetisch en economisch rendement.

Wees eerlijk over welk belang gediend wordt

Ons politieke stelsel is goed geëquipeerd om op basis van meerderheidscoalities de belangen van de achterban te behartigen.  Wat er nu van gemeenten in het RES proces wordt gevraagd is dan ook niet eenvoudig. Lokale politici worden door hun achterban gestuurd en beoordeeld op lokale resultaten, maar er wordt maatschappelijk verwacht dat ze keuzes maken gericht op het algemeen belang. Lokale politici bevinden zich in een spagaat.

Greenvis wil hier graag hulp bieden. We kunnen deze spagaat niet oplossen, maar wel samen met uw gemeente via warmtescenario’s inzichtelijk maken welk belang bij welk scenario gediend wordt. Dat geldt voor uw Transitievisie Warmte, uw Regionale Structuur Warmte (richting RES 1.0) en uw Uitvoeringsplannen waarin de keuze voor één warmtescenario wordt vastgelegd. Heeft u interesse om in deze tijd van bezinning hierover van gedachten te wisselen? Neem contact op met Greenvis!

Meer weten over de TVW, de RSW of Uitvoeringsplannen?

Privé: Arwen v.d. Gugten
Engineer

06 - 29219904
arwen.van.der.gugten@greenvis.nl
Privé: Arwen v.d. Gugten